Ingrediënten : 1 kg ossenstaart, 2 slp bloem, 150 gr gerookt spekreepjes, boter, 2 grote of 4 kleine wortelen, 3 à 4 groene selderstengels, 4 kleine ajuinen, 3 teentjes look, enkele jeneverbessen, 2 kruidnagels, tijm, laurier, rozemarijn, 2 dl witte wijn, 2 blikken gepelde tomaten, rundsbouillon, rode Porto, zout, peper.
Voor de knolselder parmentier : ¾ knolselder, ¼ aardappelen, peper, selderijzout, room.
2. Pel de ajuin en de look en snij in grote stukken.
3. Spoel de groene selder en snij in grote stukken.
4. Ossenstaart droog deppen en bebloemen.
5. Warm de oven op 150°.
8. Doe er nu de tijm, laurier, rozemarijn, kruidnagel jeneverbessen alsook de blikken tomaten bij. Laat goed opwarmen en blus met de witte wijn.
9. Doe nu terug het vlees in de pot en giet er rundsbouillon over zodanig dat het vlees onderstaat.
10. Zet de pot 3 uur in de oven. Controleer of het vlees goed van de benen gaat anders nog wat langer laten garen.
11. Neem de pot uit de oven, haal de stukken ossenstaart eruit en haal het vlees van de beenderen.
12. Zeef de saus, laat ze inkoken tot gewenste dikte en i ndien nodig kan men er wat beurre manié bijdoen om te binden. Breng op smaak met porto. Bijkruiden met peper en zout.
13. De parmentier. Kook de aardappelen en de knolselder gaar. Giet af en en duw dit door de poasse-vite, Giet er wat room bij om smeuïg te maken. Kruiden met selderijzout en peper.
14. In het midden van het bord doet men in een ring wat knolselder, daarop schikt men de geplukte ossestaart met errond wat Porto saus.